Prikaccidenten
Praktijklokalen – Zorg en welzijn
Bij het injecteren wordt gebruik gemaakt van oefenpoppen en specifieke “oefenarmen/benen”. Hierbij bestaat het risico op een prikaccident. Aangezien niet wordt geïnjecteerd bij echte personen, is er vrijwel geen risico op eventuele besmetting van mens-op-mens overdraagbare ziektes. Wel kunnen de naalden tot verwondingen leiden en kan bij een prikaccident met een niet schone naald een andere vorm van infectie optreden.
Normen en wetgeving
- Er wordt gebruik gemaakt van (delen van) oefenpoppen
- Er wordt gebruik gemaakt van veilige naaldensystemen.
- Er is een prikaccidentenprotocol aanwezig dat is gebaseerd op de Landelijke richtlijn prikaccidenten van het RIVM.
- Zie voor wetgeving: Normen en wetgeving.
Maatregelen
In het praktijklokaal wordt gebruik gemaakt van veilige naaldensystemen: .de naalden zijn voorzien van een ingebouwde beveiliging, zodat men na gebruik zichzelf of een ander er niet mee kan besmetten.
- Bij het injecteren wordt gebruik gemaakt van handschoenen.
- Er zijn voldoende naaldcontainers aanwezig.
- Naaldcontainers worden niet te vol gedaan (tot aan de aanduiding op de naaldcontainer).
- Naalden worden na gebruik direct op de juiste wijze in de naaldcontainer gedaan.
- Als er niet met naaldencontainers kan worden gewerkt maar met andere middelen ( bv naaldenmandjes), zijn deze uitgerust met een deksel om te voorkomen dat bij het oppakken de naalden eruit kunnen vallen.
- Er is een prikaccidentenprotocol aanwezig.
- Prikaccidenten worden altijd gemeld aan de docent. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een meldingsformulier.
Kijk voor meer informatie bij Informatie en tools en Interessante sites.