Lasrook
Praktijklokalen – Metaalbewerking
Tijdens laswerkzaamheden kunt u blootgesteld worden aan lasrook. Lasrook is een verzamelterm voor het mengsel van gassen, dampen en deeltjes dat vrijkomt bij lassen en aanverwante processen. Aanverwante processen kunnen zijn: slijpen, gutsen, schuren, thermisch snijden enzovoort. Het hangt van het te bewerken materiaal en (las)proces af hoeveel lasrook vrijkomt. Vooral de lastoevoegsmaterialen, zoals elektrode, lasdraad, schermgas en laspoeder, bepalen de samenstelling, en dus de schadelijkheid, van het lasrookmengsel. Ook kan lasrook delen van metallische of organische oppervlaktebehandelingsmiddelen bevatten, zoals verf, primer, menie, vet en ontvettingsmiddel, die op het verwerkte materiaal aanwezig zijn.
Normen en wetgeving
- Voor lasrook geldt een wettelijke grenswaarde van 1 mg/m3. ‘5x Beter – IJzersterk voor veilig werk’ heeft uitgebreid onderzocht hoe deze nieuwe grenswaarde gehaald kan worden. Hiervoor is de ‘Verbetercheck lasrook’ ontwikkeld.
- Als onderdeel of actiepunt in de RI&E laat u de blootstelling aan lasrook inventariseren met behulp van de ‘Verbetercheck lasrook’ of een meting uitvoeren.
Maatregelen
‘5xBeter – IJzersterk voor veilig werk’
‘5xBeter – IJzersterk voor veilig werk’ heeft een boekje uitgegeven waarin staat hoe u blootstelling aan lasrook kunt voorkomen: ‘Lasrook te lijf’. Zie website 5x Beter.
voorkomen blootstelling
- Kies voor een las-simulatie, zodat er geen schadelijke rook vrijkomt.
- Kies de lastechniek en het materiaal de minste blootstelling veroorzaakt; voorkom zo veel mogelijk het lassen van chroomhoudend materiaal, zoals RVS.
- Gebruik onbehandeld materiaal.
- Pas bronafzuiging op de juiste wijze toe; de afstand tussen afzuigmond en de bron mag maximaal 30 cm zijn.
- Maak de opstelling zodanig dat de medewerker niet in de rookpluim staat.
- Maak juist gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen.