Selecteer een pagina

Gevaarlijke stoffen

Praktijklokalen – Laboratoria

In een laboratorium wordt meestal veel gebruik gemaakt van gevaarlijke stoffen. De risico’s zijn natuurlijk afhankelijk van de gebruikte stoffen, apparatuur en de uitgevoerde analyses.

Kijk ook bij gevaarlijke stoffen voor algemene aspecten van werken met gevaarlijke stoffen. En zie opslag van gevaarlijke stoffen.

In Arbo-informatieblad 18 wordt specifiek ingegaan op het werken met gevaarlijke stoffen in laboratoria.

Normen en wetgeving

  • Zie gevaarlijke stoffen
  • Volg de Arbocatalogus laboratoria
  • In het lokaal zijn een nooddouche en oogdouche aanwezig.
  • De zuurkast moet voldoen aan de normering (zie Maatregelen zuurkast).
  • Verhittingsapparatuur moet voldoen aan de normering (zie Maatregelen Verhittingsapparatuur).

Maatregelen

Zie gevaarlijke stoffen

Zuurkast
Om blootstelling te voorkomen, zal vaak in een zuurkast gewerkt moeten worden. Is de werking van de zuurkast niet optimaal, dan kunt u alsnog aan gevaarlijke stoffen worden blootgesteld. Voor de zuurkast in het lokaal gelden de volgende eisen:

  • De zuurkast voldoet aan NEN-EN 14175.
  • De zuurkast is geïnstalleerd en wordt onderhouden volgens de voorschriften uit de NEN-EN 14175 en de bijbehorende NPR 4500.
  • In een lab moeten voldoende zuurkasten staan. Dat betekent in ieder geval dat:
    • al het werk dat in een zuurkast hoort (dampen, gassen, mogelijke explosies) in de zuurkast kan plaatsvinden;
    • de zuurkasten niet worden gebruikt als opslagkast;
    • de zuurkasten geen planken, schappen, grote voorwerpen of apparaten bevatten.
  • De luchtsnelheden in de werkopening van een zuurkast worden jaarlijks gecontroleerd met een windsnelheidsmeter en/of rook.(Hierbij geldt: bij elke opening van het raam een luchtsnelheid van minimaal 0,35 m/s.)
  • Gebruik geen brander in een zuurkast, maar een keramische plaat of een verwarmingsmantel.
  • Tijdens het ventileren worden de zuurkasten steeds ingeschakeld.
  • Als een zuurkast tussen twee ruimtes geplaatst is, zijn beide zijden nooit gelijktijdig geopend.
  • De zuurkast is aan beide zijden doorzichtig.
  • Heftige bewegingen voor het raam van de zuurkast worden vermeden.
  • Het loopverkeer voor de zuurkast wordt beperkt.
  • Het hoofd van de persoon blijft buiten de zuurkast. Zet bij het werken in de zuurkast het raam zo laag mogelijk, zorg in ieder geval dat het hoofd beschermd is. Geadviseerde maximale werkopening is 50 cm (sticker of stopper aanbrengen).
  • In de onderkasten van zuurkasten mogen vloeistoffen worden opgeslagen, mits:
    • zuren en basen van elkaar gescheiden zijn en in lekbakjes zijn geplaatst;
    • de onderkast wordt afgezogen;
    • er geen brandbare en giftige stoffen in worden opgeslagen.
  • Onderkasten onder zuurkasten moeten, afzonderlijk van het werkblad, worden afgezogen met een ventilatievoud van 20 maal per uur. Om de goede werking hiervan te controleren, kunt u een onderdrukindicator gebruiken. De onderkasten moeten voldoende chemisch resistent zijn.

Nooddouche en oogdouche
In een laboratorium-praktijklokaal moeten een nooddouche en een oogdouche aanwezig te zijn. Daarvoor gelden de volgende maatregelen:

  • In het lokaal is, in de directe nabijheid van de plaats waar wordt gewerkt met gevaarlijke stoffen, een nooddouche aanwezig.
  • In het lokaal is, in de directe nabijheid van de plaats waar wordt gewerkt met gevaarlijke stoffen, een oogdouche of zijn oogspoelflessen aanwezig.
  • De oog- en nooddouche worden wekelijks doorgespoeld. Dat is enerzijds belangrijk om na te gaan of ze werkelijk functioneren, anderzijds om groei van legionellabacteriën te voorkomen.
  • Oogspoelflessen dan worden jaarlijks gecontroleerd op houdbaarheid.
  • De oog- en nooddouche zijn aangegeven met pictogrammen.
  • De oog- en nooddouche zijn altijd goed bereikbaar.