Biologische agentia
Praktijklokalen – Dieren
Wie met dieren werkt, kan in aanraking komen met aandoeningen die van dier op mens overdraagbaar zijn (zoönosen) en daar schade van ondervinden. Bijvoorbeeld:
- toxoplasmose, bij contact met kattenfeces – gevaarlijk voor zwangere vrouwen;
- vogelgriep, bij het werken met kippen – overdracht komt minimaal voor.
Bij het thema biologische agentia vindt u algemene aspecten van biologische agentia.
Normen en wetgeving
Maatregelen
- Voor een goed overzicht van het risico op zoönosen bij bepaalde werkzaamheden, is het van belang:
1. te weten welke ziekteverwekkers voor kunnen komen;
2. te kijken welke besmettingswegen (overdracht, transmissie) aanwezig zijn. Het beoordelen hiervan is lastig voor werkzaamheden met dieren, onder andere doordat veel wetenschappelijk onderzoek niet is gericht op het voorkomen van ziekten en ziekteverwekkers in het werk en bij werknemers. Het Arbobesluit vraagt echter wel om een inventarisatie van gevaren én risico’s bij het (al of niet bewust) omgaan met biologische agentia.
3. aandacht te besteden aan groepen werknemers die extra kwetsbaar zijn bij infectieziekten, zoals zwangeren, mensen met verminderde afweer, chronisch zieken en gebruikers van bepaalde geneesmiddelen. Voor een dergelijke inventarisatie en evaluatie van biologische risico’s is de hulp van een (arbeids)hygiënist EN een medisch deskundige vaak noodzakelijk. - Gezien de zeer ernstige gevolgen van bepaalde infectieziekten voor kwetsbare groepen, is het absoluut noodzakelijk om de risico’s per te verzorgen dier in kaart te brengen. Het uitgangspunt bij preventieve maatregelen is het voorzorgsprincipe. Dat is erop gericht om elk risico te voorkomen. Een van de maatregelen kan zijn om vrouwen vanaf het prilste begin van hun zwangerschap niet met dieren te laten werken, vanwege de infectierisico’s voor het ongeboren kind.
- Wanneer voor een mogelijke ziekte een vaccinatie bestaat, moet de werkgever die aanbieden aan de werknemers en eventueel studenten.
- Belangrijkste voorzorgsmaatregelen zijn:
− goede algemene hygiëne;
− intensief contact met dieren en producten van dieren zoveel mogelijk vermijden. - Omdat besmetting en infecties desondanks vaak voorkomen, is voldoende kennis van belang: bij werkgever, werknemers en bij de ingehuurde arbodienst. Neem bij onbekende, alarmerende of zich verspreidende ziekteverschijnselen snel contact op met de huisarts en bedrijfsarts.
Informatie en tools
- Arbo-Informatieblad 9: Biologische agentia
- Praktijkgids: Vademecum Zoönosen
- Arbo-Informatieblad 32: Legionella
- Brochure: Legionella, uw zorg?!
- Brochure: Zorgplicht Legionella