Algemene informatie

Onder handgereedschap verstaan we verschillende soorten hulpmiddelen om diverse werkzaamheden mee te verrichten. Het kan gaan om:

  • met handkracht bediend handgereedschap. Bijvoorbeeld: hamer, zaag, beitel, vijl, schaaf, mes, schroevendraaier, tang, sleutel.
  • elektrisch handgereedschap. Bijvoorbeeld: boormachine, schuurmachine, cirkelzaag, decoupeerzaag, frees, slijpmachine.

Normen en wetgeving

  • Gereedschap moet in goede staat zijn; er mag geen sprake zijn van loszittende of losrakende delen.
  • Gereedschap moet frequent worden gecontroleerd op deugdelijkheid en veiligheid, minimaal eens per jaar, of vaker als de fabrikant dat voorschrijft.
  • Daarnaast moet -afhankelijk van het type gereedschap-  voldaan worden aan keuringsvoorschriften op grond van specifieke normen en regelgeving, zoals NEN 3140 voor elektrisch gereedschap. Handgereedschappen en werkmaterialen zijn veilig en overzichtelijk opgeborgen, bij voorkeur in een speciaal daarvoor bestemde kast.
  • Arbobesluit Artikel  7.3 Geschiktheid arbeidsmiddelen, lid 3 en 4

 

Maatregelen

Met handkracht bediend handgereedschap

Handgereedschappen zoals hamers, vijlen en zagen worden minimaal jaarlijks gecontroleerd of zij in goede staat verkeren en verder zo dikwijls als noodzakelijk is ter waarborging van de goede staat:

  • onbeschadigd;
  • geen splinters in houten delen;
  • snijvlakken zijn steeds scherp (bijvoorbeeld bij messen en beitels);
  • onderdelen kunnen in het gebruik niet losschieten (bijvoorbeeld bij hamers, beitels en bijlen);

Raadpleeg bij twijfel de vakhandel of leverancier.

Elektrisch handgereedschap:

  • Elektrisch handgereedschap wordt jaarlijks gekeurd conform de norm NEN 3140;
  • het is dubbel geïsoleerd (klasse II); Dubbele isolatie is te herkennen aan dit teken.
  • de bedieningsinstructie op het handgereedschap is goed leesbaar of is beschikbaar.
  • er is voorkomen dat een bedieningsmiddel bij inschakelen onbedoeld vastgezet kan worden en bij loslaten blijft doordraaien, bv met een dodemansknop.
  • de  handgrepen en snoeren zijn onbeschadigd.
  • de handvatten zijn in rubber opgehangen tegen hand/arm trillingen.
  • de stekkers zijn aangegoten.
  • er zijn waar nodig beschermkappen tegen wegvliegende voorwerpen aanwezig.

 

Praktijkvoorbeelden en tools

 

De thema’s van de arbocatalogus

Administratieve werkplekken en beeldschermwerk

Arbeidsomstandig­heden beleid en organisatie

Bedrijfshulpverlening

Biologische agentia

Geluid

Gevaarlijke stoffen

Inrichtingseisen gebouw

Machineveiligheid en arbeidsmiddelen

Ongevallenregistratie

Persoonlijke beschermingsmiddelen

Praktijklokalen

Sociale veiligheid

Toezicht en instructie

Verzuim en re-integratie

Werkdruk