Maatregelen
Als uit de RI&E blijkt dat medewerkers door blootstelling aan biologische agentia gezondheidsrisico’s lopen, worden maatregelen genomen om deze blootstelling uit te sluiten. Is dat technisch gezien niet mogelijk, dan wordt de blootstelling zover terug gebracht dat deze de gezondheid niet schaadt. Economische afwegingen mogen hierin niet meetellen.
Dit is het zogeheten ‘Bio-Arbeidshygiënisch principe’. Dat lijkt op de normale arbeidshygiënische strategie die de Arbowet voorschrijft, maar is stringenter:
Bestrijding bij de bron
- bestrijd het agens zelf; (De normale arbeidshygiënische strategie gaat uit van vervangen; dat is bij biologische agentia zelden mogelijk.)
- voorkom dat het agens in de bron komt;
- pak de groeifactoren van het agens aan;
- verwijder de bron;
- desinfecteer met ultraviolet licht of chemisch (let op: geeft soms extra gevaar).
Technische maatregelen
- scherm de bron af;
- maak contact overbodig: automatiseer kranen en deuren – ‘no touch’;
- gebruik geen katoenen handdoeken maar papieren;
- gebruik zeer fijne HEPA-filters, sluizen, overdruk, onderdruk etc.;
- plaats biohazardkasten;
- pas alleen niet-poreuze materialen toe.
Organisatorische maatregelen
- laat zo min mogelijk mensen bij de bronnen komen;
- richt schoon-/vuilzones in;
- beperk het aantal werknemers op een bepaalde plek;
- beperk of vermijd de aanwezigheid van zwangere vrouwen in de gevarenzone;
- houd speciaal de risicogroepen (extra-gevoelig) weg van de bron;
- houd alles goed schoon.
Persoonlijke beschermingsmiddelen
- afscherming huid: handschoenen
- afscherming ogen: brillen, schermen;
- afscherming ademwegen: maskers (mond/neus).
Naast alle bovengenoemde maatregelen dienen onderstaande maatregelen als basismaatregel te worden genomen:
- Werknemers en studenten voor aanvang van het werk voorlichting en instructie geven over de aanwezige risico’s van biologische agentia en de beschermende maatregelen die nodig zijn. Besteed ook aandacht wat te doen bij incidenten. Zorg daarnaast voor doeltreffende, schriftelijke werkinstructies op de werkplek, met de te volgen procedures bij het omgaan en vervoeren van biologische agentia en bij ongevallen of incidenten.
De voorlichting en onderricht wordt geactualiseerd als gewijzigde omstandigheden daartoe aanleiding toe geven. De plaatsen waar gewerkt wordt met biologische agentia worden duidelijk afgebakend en gemarkeerd met veiligheidssignalering.
- Hygiënische maatregelen,
- verbod instellen op eten of drinken op de werkplek;
- werkkleding verstrekken;
- de verstrekte werkkleding en persoonlijke beschermingsmiddelen vóór ieder gebruik laten controleren, na ieder gebruik bij het verlaten van de werkplek laten uittrekken, zo nodig laten vernietigen dan wel laten reinigen/ontsmetten en op een aangewezen plaats bewaren, elders dan de overige kleding;
- de gebruikte werkkleding en persoonlijke beschermingsmiddelen alleen buiten het betreffende schoolgebouw laten komen om deze te laten reinigen, ontsmetten of vernietigen, in een gesloten verpakking;
- sanitaire voorzieningen beschikbaar stellen en laten gebruiken, zo nodig met douches, oogdouches en desinfectiemiddelen;
- alert zijn bij risicovol gedrag, zoals een hand geven, neuspeuteren, ogen wrijven.
- Vaccinatie van werknemers en studenten indien geïndiceerd op basis van de RI&E, of voorgeschreven in deze arbocatalogus, voor zover zij nog niet immuun zijn:
- Vaccineer vrouwen met een kinderwens het liefst voor de zwangerschap, wegens mogelijke effecten op de ongeborene.
- Vaccinatie is bedoeld als aanvulling op andere maatregelen en komt nooit in de plaats hiervan.
- De bedrijfsarts adviseert de werkgever op basis van risico-inventarisatie.
- De werkgever biedt vaccinatie aan werknemer/student aan met de begeleidende individuele voorlichting. De werknemers/studenten moeten op de hoogte worden gebracht van de voor- en nadelen en worden bijgestaan in een individuele afweging.
- De vaccinatie maakt onderdeel uit van de arbeidsgeneeskundige begeleiding en vindt plaats onder de verantwoordelijkheid van een arts.
- De werknemer/student beslist over het al dan niet vaccineren.
- De aan de werknemers/studenten aangeboden vaccinatie mag geen kosten voor hen met zich meebrengen. De kosten van vaccinaties zijn voor de werkgever.
- Pas het ‘Post Expositie Protocol’ (PEP) toe. Onder meer door geneesmiddelen zo snel mogelijk toe te dienen na de mogelijke besmetting (bijvoorbeeld een prikaccident. ) Dit om te voorkomen dat iemand besmet raakt. PEP streeft ernaar het biologische agens (bijvoorbeeld hepatitis B of hiv) weg te vangen uit het lichaam, voordat het zich kan nestelen, met alle schadelijke gevolgen van dien.
NB. Van sommige antiretrovirale geneesmiddelen is bekend dat ze een schadelijk effect kunnen hebben op het ongeboren kind.
- Bij daadwerkelijke ziekte is het van belang dat zo snel mogelijk een diagnose wordt gesteld; als werknemers waarschuwingssignalen leren kennen, kunnen ze de behandelend arts snel op het goede spoor zetten;
- Verder is het van belang dat na diagnosestelling zo snel mogelijk wordt begonnen met behandeling (bijvoorbeeld bij legionella, ziekte van Weil).
De ondernemingsraad wordt conform artikel 4.92 van het Arbobesluit op de hoogte gesteld van een ongeval of incident met biologische agentia van categorie 2, 3 of 4 dat zich (bijna) heeft voorgedaan of waarschijnlijk heeft voorgedaan. De informatie bevat ook een overzicht van de oorzaken en de maatregelen om de gevolgen te verhelpen en om verdere ongevallen of incidenten te voorkomen.
Verder wordt het medezeggenschapsorgaan desgevraagd minimaal alle informatie over biologische agentia verstrekt die genoemd wordt in artikel 4.93 van het Arbobesluit.